Welkom

Algemene informatie

Mededelingen

De overwegingen

Agenda

Parochiebladen

Wat en Hoe bij..... !!

Missie (M.O.V.-groep

Tarieven

Links

Preventie & AVG

Zaterdag 6 april 19.00 uur - 2e zondag van Pasen - Goddelijke Barmhartigheid.
Lezingen uit Handelingen 4,32-35 en Johannes 20,19-31
 
Mede gelovigen, wij zien de wereld elke dag onder onze ogen veranderen. Onze manier van leven, onze communicatie, onze ontspanning, alles evolueert van dag tot dag. De mens zelf verandert; niet alleen zijn lichaamslengte ook zijn taalvaardigheid, zijn toets vaardigheid, zijn manier om informatie te verwerken en misschien nog het meest, is manier van denken en van geloven. In deze moderne wereld geloven de meeste mensen meer in wetenschap dan in God. Voor veel mensen is het moeilijk om in God te geloven. Ze vragen allemaal hiervoor wetenschappelijk bewijs dat God bestaat. Maar hierover hoeven wij niet verbaasd te zijn. Want zelfs voor de leerlingen van Jezus is het moeilijk geweest om volledig in Hem te geloven. Zij hadden Zijn woorden gehoord en Zijn wonderdaden gezien. Maar toch konden zij niet geloven dat Jezus waarlijk verrezen was.
 
Eigenlijk hadden zij allereerst de woorden van Jezus Christus, die tot drie keer toe aankondigde, dat Hij zou sterven, maar ook zou verrijzen. Vervolgens verscheen Hij aan Maria Magdalena en aan andere vrouwen. Zij zagen het lege graf. En nog op de avond van de eerste zondag van Pasen mochten zij Hemzelf zien, in levenden lijve. En toch zijn ze nog bange en zwakke apostelen. Ramen en deuren blijven stevig op slot. Hoewel ze het zelf gezien hadden, was het voor hen niet genoeg om volledig in Jezus te geloven. Dat kunnen wij heel duidelijk zien aan wat er daarna in hun leven gebeurde. Ze waren allemaal teruggegaan naar hun werk.
 
De verrezen Jezus verscheen aan zijn discipelen in elf verschillende situaties, gedurende een periode van zes weken. Zo bemoedigde Hij hen om in Hem te geloven.  Hij bad voor hen dat hun geloof niet zou bezwijken. Hij stuurde hen de heilige Geest. Die heilige Geest geeft hun de genade van het geloof. Pas daarna geloofden ze volledig in Jezus en verkondigden ze met groot enthousiasme hun geloof aan anderen. Dat zien wij vandaag in het Evangelie.
Het leven van Jezus' leerlingen maakt ons hier twee dingen duidelijk.
 
Ten eerste dat een echt sterk geloof niet voortkomt uit wetenschappelijk bewijs of wonderen die wij in ons leven meemaken. Want als wij geloven omdat wij dat gezien of gehoord hebben of een wonderbaar gebeuren in ons leven meegemaakt hebben is dat heel weinig. Jezus zei vandaag in het Evangelie dit zelf toen apostel Tomas twijfelde aan Zijn verrijzenis. Tomas wilde eerst de wonden van de spijkers in zijn handen zien en met zijn hand de wond in Zijn zijde voelen. Wat Tomas hier vraagt is een zintuiglijk bewijs. Hij wilde Hem zien en voelen om in Hem te kunnen geloven. Jezus verscheen aan hem en liet hem Zijn wonden zien. Tomas zei meteen, "U bent mijn Heer en mijn God, Ik geloof".
Deze ontmoeting tussen Jezus en Tomas herinnert ons eraan dat geloof niet altijd gemakkelijk is. Soms hebben we twijfels, vragen en onzekerheden. Maar Jezus nodigt ons uit om onze twijfels onder ogen te zien en ze bij Hem te brengen. Hij veroordeelt ons niet om onze twijfel, maar Hij nodigt ons uit om te groeien in geloof.
 
Ten tweede maakt dit duidelijk dat wij het geloof niet uit onszelf verdienen. Dat moet door God geschonken worden. Wij kunnen alleen door de genade van de heilige Geest een ware gelovige zijn. Pas na het ontvangen van de heilige Geest konden de apostelen volledig in Jezus geloven. Laten wij in deze heilige mis aan God vragen om ons geloof te vermeerderen en om aan ons zijn heilige Geest te schenken.
 
Broeders en zusters, zalig zijn zij die niet zien en toch geloven, zei Jezus aan alle generaties die na de apostelen kwamen. Zalig zij die in hun leven nauw verbonden zijn met de verrezen Heer en zich steeds opnieuw aan hem toevertrouwen. Die zaligheid wens ik u allen van harte toe. Amen.
 
Kapelaan Siju
______________________________________________________________        
 
Zondag 31 maart 2024 - Paaszondag - Verrijzenis van de Heer (hoogfeest)
Lezingen: Handelingen 10, 34a.37-43; Kolossenzen 3, 1-4; Johannes 20, 1-9.
 
Waarschijnlijk hebben veel mensen j.l. Witte Donderdagavond gekeken naar 'the Passion', de uitbeelding van het lijdensverhaal van Jezus op een eigentijdse manier. Het thema van de uitbeelding van het passieverhaal van Jezus Christus was 'Ik geloof in jou'. Door het passieverhaal heen waren allerlei getuigenissen te zien van mensen, die in een ander geloven: ouders die geloven in hun kinderen en kleinkinderen, partners en vrienden die in elkaar geloven. Hoe belangrijk is wederzijdse betrokkenheid, goedheid en liefde voor iedere mens ter ondersteuning van elkaars bestaan in ieders situatie van leven. Het thema 'ik geloof in jou' bleef een tijdje hangen, vooral omdat we het tegendeel ervan zo sterk ervaren in onze huidige wereld, in onze eigen samenleving. Er zijn veel tegenstellingen, er is veel polarisatie, er is veel wantrouwen en intolerantie. U weet het zelf, u ervaart het zelf in de nieuwsuitzendingen en praatprogramma's op de TV.
 
'The Passion' de uitbeelding van het lijdensverhaal van Jezus, was en is de opmaat naar Pasen, mysterie van opstanding en leven na Jezus' lijden en dood. Het verhaal van Pasen wordt ons vandaag verteld. We hebben het niet zelf bedacht. Lijden en dood zijn ons bekend, horen tot de ervaringswereld van allemaal. Maar het verhaal van verrijzenis, opstanding wordt ons aangereikt. Weliswaar vinden we er sporen van in onze mensengeschiedenis als verlangen naar leven; beeldende kunstenaars hebben hun inspiratie uitgeleefd in hun ideeën voor voortgaand leven (hadden we hier een groot scherm, dan zou ik u beelden kunnen laten zien): dichters, verhalenvertellers en profeten, hebben gewezen op Verbondsbeloften van Godswege dat 'een leven in liefde, leven voorgoed' in zich draagt. Dat wijst op het geloof, dat waarachtige liefde in gezinnen, in vriendschappen, mededogen met en inzet voor mensen aan de marge is niet vergeefs, niet vruchteloos zijn maar leven ondersteunend. Welnu het verlangen naar leven, de suggesties daaromtrent uit mensengeschiedenis en kunst, komt vandaag tot een hoogtepunt in de verhalen uit onze H. Schrift m.b.t. Jezus van Nazareth, ervaren als de Christus 'gezalfde van God'. Petrus getuigt van Hem in de 1e lezing: God heeft Jezus, die de leerlingen zo goed gekend hebben, op de derde dag doen opstaan en laten verschijnen aan de getuigen, zijn leerlingen, die door Hem van tevoren waren uitgekozen. Die opstanding uit de dood is echter niet zomaar. Er is een heel leven aan voorafgegaan van weldoend rondgaan en mensen bevrijden van hun gevangen zijn door de machten van het kwaad (gesymboliseerd  door het woord 'duivel'). Uit de preek van Petrus blijkt dat de met Pasen opgestane Jezus van de ene kant dezelfde persoon is, die ze kennen vanuit hun verleden toen ze met Hem optrokken; van de andere kant een andere persoon, onttrokken aan de machten van het kwaad, nieuw tot leven gekomen en verschenen aan zijn leerlingen. Het Evangelieverhaal met Maria Magdalena, die ontdekt dat het graf leeg is, het bericht brengt aan de leerlingen van wie Petrus en Johannes constateren dat het bericht klopt. Jezus dezelfde en toch anders, op wie gewezen door profeten, weergegeven in de werken van  kunstenaars, belofte verder reikend dan ons eigen menselijk bevattingsvermogen. Aan deze Goede Tijding van Godswege mogen wij ons toevertrouwen. Die Goede Tijding mogen we verder dragen. Moge het zover komen dat iedere mens tegen iedere andere mens kan zeggen: ik geloof in jou, met al je mogelijkheden en beperkingen door alle wederwaardigheden van ons menselijk bestaan heen. Zalig Pasen, Zieëlige Poasje. Amen
 
Emeritus pastoor Reijnen.
_______________________________________________________________                 
 
Donderdag 28 maart 2024 - Witte Donderdag - gezamenlijke viering ouderen en parochianen.
Lezingen uit Exodus 12,1-8.11-14 en Johannes 13,1-15
 
Witte donderdag
 
"In de nacht dat hij werd verraden"... Elke keer dat we de Eucharistie vieren, gebruiken we die woorden. Elke keer dat we het moment naderen waarop Christus naar ons toekomt in brood en wijn, beginnen we met onszelf eraan te herinneren dat Christus dit deed 'in de nacht dat hij werd verraden'.
 
De Evangelisten Mattheüs, Marcus en Lucas vertellen ons zorgvuldig de rituele uitleg van wat Jezus deed 'in de nacht dat hij werd verraden'. Ze vertellen ons over brood en wijn, over zegenen en breken, over danken en delen. Maar wanneer Johannes voor ons de gebeurtenissen vertelt "in de nacht dat hij werd verraden", vertelt hij ons niets over brood en wijn. Maar Johannes vertelt ons wat het betekent.
 
En wat Jezus deed 'in de nacht dat hij werd verraden' van alles zich bewust. Hij wist dat het einde nabij was. Hij wist dat niet alleen Judas, maar ook Petrus en Andreas, Jakobus en Matteüs Hem zouden verraden. Ze zouden Hem allemaal in de steek laten. Zij zouden Hem door hun daden verloochenen. Jezus wist dat dit het uur was... dit was de tijd dat het verlossingswerk zou plaatsvinden. En Jezus zou dit uur naderen met een bezwaard hart dat hij nog nooit eerder had gekend. En op dat moment waarop de meesten van ons zich zouden overgeven aan woede en wanhoop... wanneer de meesten van ons zo onbarmahartig zouden zijn voor de pijn en verraad dat op handen was. Jezus deed het ondenkbare. Hij nam de plicht van de laagste van de slaven op zich en waste de voeten van zijn leerlingen. Hij goot niet alleen het water van dienstbaarheid uit, maar ook van vergeving. Hij reinigde en kuste hun voeten met de liefde van God die zo diep is dat ze door al onze kleinzieligheid,  al onze woede, al onze pijn en al onze wrok heen snijdt.
 
Op deze Witte Donderdag zijn we geroepen om twee heel eenvoudige handelingen te verrichten. Wij zijn geroepen om in gebedsvolle eerbied voor de Eucharistie en vervolgens in nederige dienstbaarheid aan onze zusters en broeders. De Eucharistie verenigt ons met Christus. Christus gaf zijn leven voor ons en dat komt tot uiting in ons dagelijks leven door de voeten van anderen te wassen, anderen te dienen, anderen belangrijker te maken dan wijzelf, het welzijn van anderen te zoeken. 'Op de avond dat hij werd verraden' is vanavond. Vanavond begint onze geloofsreis, onze overgang van de dood naar het leven. Maar het is Christus die de reis benadrukken. Onze reis begint met gebedsvolle eerbied voor Christus, maar moet doorgaan in dienst van elkaar.
 
Beste mensen, het is vandaag feest voor ons allen, maar voor de priesters toch wel in het bijzonder. Door het priesterschap zet Jezus Christus zijn eigen werk op aarde voort. Het is de priester, die het levensoffer van Jezus Christus iedere dag opnieuw aan God mag opdragen. Het is een hele eer, maar ook hier geldt: wij hebben gratis ontvangen; wij hebben geen reden ons ergens op te beroemen, tenzij op Jezus Christus zelf.
 
Wij, priesters én diakens zijn dankbaar voor deze grote geschenken. Ik hoop, dat jullie ook heel dankbaar zijn voor Gods grote geschenken. Laten wij er altijd eerbiedig mee omgaan. En vooral laten wij er voor zorgen, dat de heilige Communie veel vruchten draagt in ons dagelijkse leven. Dat wij Jezus in zijn liefde navolgen, want daar is het Hem uiteindelijk om te doen: dat wij zijn liefde aan God en aan elkaar schenken. Amen.
 
Kapelaan Siju
______________________________________________________________        
 
Zaterdag 23 maart 2024 - Palmzondag
Lezingen uit Marcus 11,1-10 en Marcus 14,1-15,47 of 15,1-39
 
Palmzondag
 
Beste mensen, Misschien hebben je buren het ook gevraagd: 'Breng mij eens een palmtakje mee.' Het gebeurt dat mensen, weliswaar vervreemd van de kerk zijn, maar toch nog belang hechten aan dat simpele palmtakje. Het is als een allerlaatste dunne band met de geloofsgemeenschap. Om te kunnen verstaan wat dat takje betekent, wat de symboolwaarde ervan is, gaf de kerk ons dit stukje Evangelie.
 
Vandaag klinkt het woord 'Hosanna', door de straten van Jeruzalem, en over een paar dagen zullen wij horen: 'Aan het kruis met Hem!' Het Joodse volk in Israël leeft in onderdrukking tijdens de Romeinse bezetting. In die omstandigheden duiken er verhalen op over een onbekende man uit de landstreek Galilea in het noorden van het land. Er wordt verteld dat Hij mensen weer moed inspreekt, nieuwe hoop geeft, en dat waar Hij komt het leven opbloeit. Langzaam gaan steeds meer mensen hopen en uitzien naar zijn komst naar Jeruzalem: 'Als Hij toch eens koning zou worden, wat zou het dan goed met ons gaan.' Maar Jezus wist echter dat Hij felle tegenwind zou ondervinden. De oudsten, de hogepriesters en Schriftgeleerden voelen zich bedreigd in hun positie en dreigen ook hun machtsmisbruik over het volk te verliezen door 'Jezus' optreden. Het conflict tussen Jezus en de hogepriesters heeft zijn hoogtepunt bereikt, en zij willen niet dat hun macht in gevaar komt door die Jezus van Nazareth. Er worden plannen gemaakt om de ontwikkeling in de kiem te smoren. Jezus wordt vooral geraakt door mensen die ziek zijn, verdrietig, eenzaam zijn of in nood verkeren. De pijn van die mensen wordt Zijn pijn. Meer dan eens heeft Hij ook de tranen in zijn ogen, Hij houdt van mensen, en juist van die mensen. Deze mensen lopen massaal naar hem toe en gaan uit hun dak als ze Hem verwelkomen in Jeruzalem, zij roepen Hem van alles toe zoals: Messias, verlosser, koning en profeet, en zingen luidkeels Hosanna en zwaaien met palmtakken, de vuile stoffige straten hadden ze met hun mantels bedekt voor Hem, Jezus mocht er zomaar overheen rijden.
 
Jezus is volledig gelijk geworden aan ons als mens, Hij heeft het menselijk geluk gekend, maar ook het menselijk lijden verdragen en gedeeld. Jezus was ook een echte doorzetter. Hij ging door met wat Hij begonnen was, ondanks zijn vele tegenwerking. In Jeruzalem moest Hij zijn taak en zending afronden en voltooien. Zijn intocht is het begin van zijn aardse einde. Hij ging door waar anderen allang afgehaakt zouden zijn, maar waarom? Omdat Hij geloofde in Zijn opdracht, in de taak die God, Zijn Vader Hem had toevertrouwd. Jezus vraagt ons ook, of je zijn volgeling wilt zijn: 'Wees alsjeblieft geen 'dood hout' maar 'levend hout', ga door! Zelfs als je ontmoedigd raakt door alle negatieve dingen die je om je heen ziet gebeuren. Maar als je bereid bent, net als de ezel, (en Jezus eveneens tijdens Zijn lijdensweg) de lasten van je medemensen te dragen, dan kun jij zelf, Jezus naar deze wereld dragen.
 
Mede gelovigen, als wij meer dan twintig eeuwen later een palmtakje in onze huiskamer achter het kruisbeeld bevestigden, dan zit daar een manier van leven achter, een keuze voor liefde, hoop, vrede en nederigheid. Het is een levenshouding die de fouten niet bij de andere gaat zoeken, maar naar zichzelf durft te kijken. In een huis met een palmtakje moet vrede wel een kans krijgen. Amen.
 
Kapelaan Siju
______________________________________________________________        
 
Weekeind 16/17 maart 2024 - 5e zondag van de veertigdagentijd
1e lezing: Jer.31,31-34  - 2e lezing: Hebr.5,7-9 Evangelie: Joh.12,20-33 
 
JEZUS WILLEN SPREKEN
 
“We zouden Jezus graag spreken.” Maar hoe kun je bij Jezus komen om Hem te spreken? Zeker als je nog een buitenstaander bent, zoals de Grieken in het evangelie. Jezus willen spreken. Maar Jezus kan zo hoog lijken. Te hoog voor je. Daarom laagdrempelig beginnen, zoals deze Grieken. Ze zoeken een weg naar Jezus door een apostel met een Griekse naam aan te klampen, Filippus. En die haalt er nog een andere apostel met een Griekse naam bij, Andreas. Daar beginnen waar het nog vertrouwd is. Grieken zoals zij. Geboren in het heidense Galilea en nog hun heidense naam dragend. Een opstapje naar Jezus.
 
Filippus en Andreas hebben ook elkaar gevonden. Een soort lotgenoten. Meestal samen. Ze komen uit dezelfde stad en zijn in dezelfde week geroepen. Ze zijn samen betrokken bij het overleg voor de wonderbare broodvermenigvuldiging. En in dit evangelie zijn ze samen de middelaars naar Jezus. Op dit moment zijn ze ook nog niet zover in het geloof. Ze komen in hun geloofsbelijdenis niet verder dan: Jezus is de Messias, maar ze noemen Hem ook nog de zoon van Jozef. Als ze door Jezus op de proef worden gesteld weten ze zich geen raad. Bij de wonderbare broodvermenigvuldiging beginnen ze heel menselijk, heel huishoudelijk te doen. Ze maken een berekening. Als heidenen op hen afkomen, zoeken ze eerst elkaar op en dan pas Jezus. Filippus krijgt nog een standje, omdat hij in Jezus niet de Vader ziet, dat hij Jezus die al zo lang bij hen is, nog niet kent.
 
Naar die Filippus en Andreas gaan de Grieken eerst toe. Laag beginnen. Stapje voor stapje. En dat is goed zo, om het stapje voor stapje te doen. Want het is niet niks als je in gesprek wilt komen met Jezus. “Als de graankorrel niet in de aarde valt en sterft, blijft hij alleen. Wie zijn leven bemint, verliest het.” Als wij bang zijn om… kijkt Jezus voor ons vooruit. Hij ziet meer. “Maar als hij sterft, brengt hij veel vrucht voort. Maar wie zijn leven in deze wereld haat zal het ten eeuwigen leven bewaren.” Daar waar wij nog zoveel van het leven houden, kijkt Hij verder dan onze neus lang is. En van daaruit zegt Hij: “Volg Mij.”
 
Volg Hem die het aangedurfd heeft om te sterven, om zijn leven te verliezen. Niet dat Hij het gemakkelijk vindt. Hij is ontroerd. Eigenlijk staat er: Hij is er beroerd van. Maar Hij doet het toch. Niet voor zichzelf, maar voor ons. Hij wordt door het kruis van de aarde omhoog geheven om ons met zich mee omhoog te trekken. Het begint heel laag om uiteindelijk heel hoog te eindigen. En dat moet je stapje voor stapje doen. Zo is de weg met Jezus. En zo moeten we ook met elkaar omgaan. Beseffen dat we allemaal laag moeten beginnen. Elkaar ook die kans geven. Elkaar helpen om stapje voor stapje meer naar Jezus toe te gaan en meer met Hem mee te gaan. Elkaar steunen. Wat Filippus en Andreas met de Grieken doen, zo moeten wij met elkaar doen. We hebben elkaar zo ontzettend nodig om in gesprek te komen en te blijven met Jezus. Laten wij zo er voor elkaar dan ook zijn.
 
Tekst: Bezinning op het Woord, inleidende teksten bij de dagelijkse liturgie
______________________________________________________________        
 
Weekeind 9/10  maart 2024 - 4e zondag van de veertigdagentijd - Zondag Lætare
Lezingen uit 2 Kronieken 36,14-16.19-23 en Johannes 3,14-21
 
HET MENSELIJK GELAAT VAN GOD
 
We kennen het verhaal uit het Oude testament hoe een slang ooit door Mozes op een paal werd geheven. Het was een teken van genezing tegen het gif van een slangenbeet. De omhoog geheven slang is het symbool geworden van de geneeskunde. Dit symbool wordt ons vandaag in het evangelie gegeven tegen de ziekte van onze ziel. Het stelt Jezus voor aan de paal van het kruis. En voor christenen is het een teken van heil. Het wil ons beschermen en een huis of plek zonder kruis is als een woestijn met giftige slangen.
 
Dit sluit aan bij de evangelist Johannes, voor wie het kruis niet zozeer een teken is van vernedering of ondergang, maar veeleer een beeld van verheffing en genezing. In de gelovige blik van Johannes besteeg Jezus zijn kruis niet als een veroordeelde, maar als een koning die zijn troon bestijgt.
 
De mens die kijkt met de ogen van Johannes ziet wat de Schriften vandaag verwoorden. Je ogen zien dat mens en wereld geen toevalsproducten zijn. Je ziet dat God in Jezus Christus een menselijk gelaat heeft aangenomen. Je ziet dat God van ons houdt en dat dit onze redding is, letterlijk en figuurlijk ons lijfsbehoud.
 
Want Jezus is door God naar ons gezonden om ons te redden en niet om ons te oordelen. Het is aan ons om ons oordeel in Gods hand te leggen, dan zijn onze daden in God verricht en komen we naar het licht zoals Johannes ons verhaalt.
 
Tekst: Bezinning op het Woord, inleidende teksten bij de dagelijkse liturgie
 
______________________________________________________________        
 
Weekend 2/3 maart 2024 - 3e zondag van de veertigdagentijd
Lezingen uit Exodus 20,1-17 of 20,1-3.7-8.12-17 en Johannes 2,13-25
 
JEZUS ZELF IS DE NIEUWE TEMPEL.
 
U hebt zich misschien afgevraagd: Wat is er met Jezus aan de hand? Zo kennen we Hem niet. Dit harde optreden zijn we van Hem niet gewend. Dat klopt. In de ogen van de Joden is de tempel van Jerusalem een zeer heilige plaats. Ja, het is zelfs het middelpunt van hun religie. In hun beleving is God nergens op aarde duidelijker aanwezig dan op deze plek. Wat Hem ergert is dat Hij merkt dat men deze heilige plaats, dit huis van gebed gemaakt heeft tot een winkel. . Zijn harde optreden is een protestactie, niet zozeer gericht tegen het wisselen van geld dat er plaats vindt, maar tegen het feit dat het in - en rond de tempel alleen nog gaat om ceremonies en uiterlijkheden. De offers en eredienst die aan God worden gebracht zijn verworden tot een dood ritueel. Het gebed dat er verricht wordt is een soort handel geworden waar het hart niet meer bij is. Jezus' uitdrijven van die kooplui ligt helemaal in de lijn van wat de profeten eertijds hebben gedaan. Als de geloofsbeleving van het volk een verkeerde kant opging en een leeg ritueel dreigde te worden, dan hebben ze dat met felle woorden en gebaren aangeklaagd. Wat Jezus hier doet is een profetische oproep tot bekering. De religieuze leiders vragen Jezus waar Hij het recht vandaan haalt om zo op te treden. Het antwoord dat Hij geeft is geen wonderteken, maar een profetische uitspraak: 'Breek deze tempel maar af en in drie dagen zal Ik hem weer oprichten'. Als Jezus op de 'derde dag' uit de dood verrijst en langzaam duidelijk wordt dat Hij de Messias is, dan verliest de tempel van Jerusalem zijn onmisbaarheid. Deze religie van gebedsriemen en kwasten, van uiterlijkheden en buitenkant zal worden afgebroken. De Messias zal een andere tempel doen verrijzen die niet door mensenhanden is gemaakt. Jezus zelf is die nieuwe tempel. In - en via Hem kan God aanbeden worden in Geest en waarheid en daarmee is de tempel van Jerusalem zoals die reilt en zeilt afgeschreven. De stenen tempel zal worden verwoest, maar vanuit datzelfde Jerusalem verrijst een nieuw geestelijk bouwwerk, zoals de Messias uit zijn graf. Dat is het bouwwerk van de gemeenschap van Jezus' volgelingen.
 
Bij het mijmeren over dit verhaal van de Evangelist Johannes moest ik terugdenken aan een uitspraak van de voormalige kardinaal Danneels In een overweging over het gebed zei hij: 'Als je gaat bidden, begin dan altijd met danken. Daarna heb je nog tijd genoeg om te vragen'. Als ik denk aan de manier waarop wij vaak met God omgaan, rijst de vraag: Bestaat ons bidden niet voornamelijk uit vragen? We hebben zoveel zaken, waarbij wij Gods hulp willen inroepen, dat we het danken meestal vergeten. Nou zegt Jezus tegen zijn leerlingen: 'Vraag en er zal je gegeven worden. Klop en er wordt voor je opengedaan'. Hij spoort ons dus aan bij al ons doen en laten op God te vertrouwen. Maar lijkt ons bidden niet vaak op het gebeuren in de tempel van Jerusalem? Ik spreek mijn gebeden en wensen uit. Ik doe misschien beloftes. Ik geef wat prijs van mijn bezit in de hoop dat God mijn  wensen vervult. Schuilt in deze manier van omgaan met God  niet het gevaar dat ons bidden ' een handeltje' wordt, waarbij het vertrouwen in Gods goedheid gaat ontbreken? Dat we gaan denken dat het resultaat van ons bidden afhangt van ónze inspanning en inbreng? Als we echter beginnen met God te danken, dan staat niet het krijgen voorop, maar het besef dat we God dank verschuldigd zijn om ons leven en alle goeds dat wij ontvangen. Ik denk aan zijn wonderbare schepping, aan de mensen die ons omringen en al die talenten die we ontvangen. M.a.w. God is al onze lof en dankbaarheid waardig. Als een rode draad loopt door de Bijbel het besef dat ons bidden altijd vergezeld moet gaan van een houding van barmhartigheid, liefde en trouw in het omgaan met onze naasten. Uit onze aandacht en zorg voor armen, mensen in nood, zieken en andere kwetsbare mensen blijkt nl. de echtheid van ons geloof. Gods liefde gaat immers uit naar  al zijn schepselen. De tien woorden (geboden) die God ons via Mozes  heeft gegeven mogen we zien als basisregels om in harmonie met elkaar te leven. In het besef van onze zwakheid mogen wij God vragen om hulp. Dat Hij ons maakt tot tempel van de H. Geest. Amen
 
Pastor A.G.M. Franssen
______________________________________________________________        
 
Zaterdag 17 februari  (Nijswiller) - 1e zondag van de veertigdagentijd    
Lezingen uit Genesis 9,8-15 en Marcus 1,12-15
Voorganger Pastoor-deken P. Bronneberg.
_______________________________________________________________
 
Zaterdag 10 februari 2024 - 6e zondag door het jaar - Dialectmis.
Lezingen: Leviticus 13, 1-2.45-46; 1 Korintiërs 10, 31-11,1; Marcus 1, 40-45
 
De zorg voor onze gezondheid is al zo oud als de mensheid. Een bekende naam uit de oudheid is die van de Griekse arts Hippocrates, die leefde van 460-377 vóór Christus. Hij dacht systematisch na over de mens en het menselijk lichaam, schreef er over en legde ook de verplichtingen van artsen vast in de zogenoemde 'eed van Hippocrates'. Hij wees, ook toen al, op het belang van hygiëne, een gezond  eet- en drinkpatroon en op het belang van frisse lucht.    
 
Als gezondheidszorg in oude tijden al zo in de belangstelling stond, is het niet verwonderlijk dat we in Bijbelverhalen zoals in het boek Leviticus, een van de vijf boeken van Mozes, allerlei voorschriften tegenkomen met aanwijzingen van wat, bijvoorbeeld,  te doen in het geval van besmettelijke ziekten. Degenen, die leden aan een besmettelijke huidziekten als melaatsheid, werden ter bescherming van de gemeenschap geïsoleerd en daarna vaak aan hun lot overgelaten tot in de 19e eeuw toe. Er waren echter altijd mensen die zich hun lot aantrokken. (Zo de Vlaamse Pater Damiaan de Veuster op het eiland Molokai; en Pater Peerke Donders, uit Tilburg, in de melaatsenkolonie Batavia in de binnenlanden van Suriname). 
 
Als Jezus in het Evangelieverhaal van Marcus van vandaag een melaatse ontmoet overtreden beide de gebruikelijke voorschriften: de melaatse, die op afstand blijven móet, kómt naar Jezus. En Jezus, die ook afstand zou móeten houden, laat de man bíj zich komen, geeft hem zelfs een hand en raakt hem aan. Dat geeft aan de rol van Jezus in de Evangelies: Gods grenzenloze barmhartigheid laten zien en zich daarbij niet laten weerhouden. Gods toewending naar mensen mag niet door voorschriften belemmerd worden. Gods kracht leeft in Jezus. Hij vertélt mensen zowel zijn Goede Tijding van bevrijding als dat Hij ernaar hándelt. Lichamelijk en geestelijk zieke mensen geneest en bevrijdt Hij.       
 
Toch hoort daar m.n. in het Evangelie van Marcus ook een kanttekening bij. Jezus wil geen sensatie rond zijn persoon. Hij mag dan de verwachte Messias zijn, de gezalfde van God. Maar, zijn Messias-zijn heeft een heel eigen karakter en stemt niet overeen met de verwachtingen van velen. Die willen namelijk een machtige Messias, een machtige koning, die het beginsel huldigt van 'eigen volk eerst', een leus die je tegenwoordig van vele kanten hoort. Hij wil geen koning of president zijn in dienst van de macht- en grootheidsaspiraties, zoals we die momenteel regelmatig tegen komen in de media. Hij is juist het tegendeel. Hij is  bekommerd om de medemens in diens kwetsbaarheid. (En welke mens is niet kwetsbaar??) Tegen zijn leerlingen zegt Hij dat ze dienaren moeten zijn, 'want ook Hij zelf is gekomen niet zozeer om gediend te worden, maar om te dienen en zijn leven te geven'. Het gaat Jezus om een manier van dienaar-zijn, die heel de mens bevrijdt van wat het leven bedreigt, al het kwaad, lichamelijk, psychisch en geestelijk. Hij is een dienaar, die mensen ruimte van leven geeft om te staan aan de kant van het goede, van de liefde; maar daar zelf verantwoordelijkheid voor te dragen. Hij nodigt uit: 'bekeer je en geloof in het Evangelie'.  Voor Jezus zelf is dat gezien de weerstand, die Hij tijdens zijn leven ondervindt, een uitermate moeilijke taak. Maar Hij heeft er zijn leven voor over, dat mensen bevrijd worden van wat hen gevangen houdt.           
 
Gods antwoord op deze zelfgave van Jezus is Pasen. Dan wekt Hij Jezus op ten leven.  Daarmee neemt God Hem bij zich op. Tegelijk wordt daarmee aangegeven dat léven ook nú ál deel is van degenen die zich aan Jezus en zijn manier van mens-zijn kunnen/willen toevertrouwen. Wij, zoals we hier zitten, moeten weliswaar nog door onze tijd van leven heen, maar kunnen dat doen op de manier waarop Jezus ons in voorgegaan. Dienaar zijn in liefde voor God en medemens brengt ons -ook in de zorgvolle tijd van nu met zijn oorlogen, conflicten, instabiliteit en onzekerheid- vrede, saamhorigheid, verzoening en vergeving. Zij dragen blijvend leven in zich. Beste mensen, blijven we geloven. Laten we als gelovige mensen proberen heilzaam aanwezig te zijn in onze verwarde wereld. Amen
 
Emeritus pastoor Reijnen.
_______________________________________________________________                 
 
Zaterdag 3 februari 19.00 uur (Nijswiller)- 5e zondag door het jaar - Blasiuszegening.
Lezingen uit Job 7,1-4.6-7 en Marcus 1,29-39
 
JE EVEN TERUGTREKKEN OM TE TOEVEN BIJ DE BRON
 
Mogelijk hebt U het wel eens gelezen of gehoord de uitspraak van een zieke die zegt: 'De ergste pijn is als je lijden door niemand gezien wordt'. Marcus vertelt in het Evangelie van deze dag dat Jezus in de synagoge van Kafarnaüm onderricht geeft en een bezetene geneest. Na de dienst gaan ze direct naar het huis van Simon en Andreas. Daar  geneest Hij de schoonmoeder van Simon. 's Avonds als de sabbat voorbij is, verzamelt zich vóór het huis van Simon een groep mensen die zieken meebrengen. Jezus geneest hen van allerlei kwalen. De volgende dag trekt Hij verder voor een grote tocht door Galilea. Het lijkt wel of Hij voortgedreven wordt door een onzichtbare macht, bang om tijd te verliezen. Misschien rijst bij ons de vraag: 'Wat is de Bron van zijn gedrevenheid?' Een begaafd spreker trekt veel mensen en zeker iemand die de gave heeft om zieken te genezen. Maar deze talenten vormen niet de Bron van die bijzondere gaven. Misschien hebben we het niet eens opgemerkt, maar Marcus vertelt ook: 'In alle vroegte stond Jezus op, ging naar een eenzame plaats en bleef daar bidden'. Zijn woorden en werken komen niet voort uit zijn bijzondere talenten als wel uit zijn relatie met zijn hemelse Vader. Hij is Bron van zijn genezende kracht. De schoonmoeder van Simon had koorts. Dan kun je je heel lamlendig voelen en neerslachtig. Daar staan we niet op te wachten. Wij willen graag gezond zijn en ons fit voelen. Maar ook ziek zijn hoort bij ons leven. Jezus geneest de koorts niet met medicijnen, maar pakt de schoonmoeder van Simon bij de hand en laat haar opstaan. De koorts verdwijnt en zij gaat voor hen zorgen. Wij weten dat het vaak veel deugd doet, als een zieke merkt en voelt: er wordt aan mij gedacht. Helaas gebeurt ook het tegenovergestelde:  dat buren en bekenden uit de buurt blijven als iemand ziek is en niets van zich laten horen. Dat maakt het lijden van een zieke extra zwaar. In het verhaal van Marcus zien we dat door Jezus' genezende aandacht en kracht lamlendigheid verandert in dienstbaarheid. Hij laat zien hoe God  met mensen omgaat: Hij wil ons nabij zijn, ons bij de hand nemen en indien mogelijk laten opstaan. Als wij Hem in ons leven toelaten, geeft ons dat kracht.
 
Wij beleven een moeilijke tijd: tal van brandhaarden in de wereld,  tegenstellingen en milieuproblemen. Dat maakt veel  mensen depressief, bang, gespannen en ongedurig. Een teken van aandacht en medeleven, een blijk van waardering en dankbaarheid en de belofte van ons gebed doen vaak wonderen. Jezus ging in stilte bidden om met zijn hart te kunnen zijn bij zieken en anderen die het moeilijk hadden, om verkeerde machten te verdrijven. Natuurlijk verdwijnen door ons gebed niet alle problemen als sneeuw voor de zon, maar als wij ze kunnen delen en aan God toevertrouwen is dat een weg naar bevrijding. Vaak zijn wij zo vol van onze eigen besognes, dat wij de belangen en de zorgen van anderen over het hoofd zien. Wat wij voor anderen kunnen betekenen, hangt niet af van de talenten die ons zijn toebedeeld, maar of wij ons voor God durven plaatsen met alles wat ons bezig houdt en ons openstellen. Om ons te laten bevrijden van zaken waarvan we bezeten zijn en te laten helen van onze gebrokenheid en eigengerichtheid. In de Evangelies zien we dat Jezus er niet op uit was om zich te laten vieren als de grote wonderdoener. Telkens gaat Hij naar de Bron om zich te laten vormen tot een instrument dat in staat is om Gods wil te doen. Ook ons nodigt Hij uit om naar die Bron te komen. AMEN
 
Pastor A.G.M. Franssen
______________________________________________________________        
 
Weekeind 27/28 januari 2024 - 4e zondag door het jaar -  Week van gebed voor eenheid
Lezingen uit Deut. 18,15-20 en Mc. 1,21-28
 
LUISTEREN NAAR JEZUS EN DE HUIDIGE PROFETEN.
 
Marcus tekent Jezus als een leraar die zijn gehoor weet te boeien. Zijn toehoorders hebben in de gaten: die man spreekt uit ervaring. Hij spreekt vanuit zijn overtuiging. Hij herkauwt niet wat wetgeleerden en Farizeeën voorhouden. Wat Hij zegt is geen theorie; het zijn woorden die mensen raken en bemoedigen. Ze helpen om richting te geven aan ons leven. Wat Jezus precies gezegd heeft, vermeldt Marcus niet. Nou bevindt zich in de synagoge een man  die niet gediend is van wat Jezus vertelt en luid protesteert. Misschien is hij wel bang dat Jezus hen op het verkeerde been zet. Hij is overstuur. Hij begint te schreeuwen. We maken wel eens mee, dat iemand zo schrikt van de mening van een spreker, dat hij luidruchtig en fel reageert. Misschien mag je de 'onreine geest' waarvan Marcus spreekt beschouwen als de weerstand die we voelen als onze vertrouwde ideeën worden 'opengebroken' en ons nieuwe wegen worden gewezen. Je kunt je afvragen: Hoe komt het die mens zo fel reageert? Wat heeft hij meegemaakt? We weten het niet. Hoe vaak maken we niet mee dat verkeerde machten anoniem zijn. Hoe komt het bijv. dat er zoveel mensen in de wereld honger en armoe lijden?  Niemand wil dat, en toch gebeurt het. Waar komen de tegenstellingen vandaan en al dat geweld waarmee we worden geconfronteerd? Voorbeelden hoef ik U niet te noemen. Niemand is daar op uit, behalve bepaalde machthebbers en fanatiekelingen. Toch gebeurt het steeds weer. Hoeveel vluchtelingen moeten overleven in kampen, vaak in barre omstandigheden? Niemand wil dat en toch  gebeurt het nog steeds. Stress op het werk, je opgejaagd voelen: ook werkgevers willen dat niet, maar vergen soms het uiterste van hun arbeiders om concurrenten het hoofd te bieden. Vaak zijn de echte schuldigen niet met de vinger aan te wijzen, maar feit is wel dat er veel onrecht en onheil gebeurt, zij het anoniem.
 
Marcus verhaalt hoe Jezus reageert op de verwarde man in de synagoge. Hij scheldt niet terug en roept geen ordebewaarder erbij. Hij laat die opgewonden man zichzelf worden, zoals hij diep van binnen en in wezen graag zou willen zijn. Hij brengt die anonieme kwade macht tot zwijgen. Hij maakt die mens los uit de houdgreep van de dingen waarvan hij helemaal bezeten is. Dat Jezus zulke mensen tot rust kan brengen en de kwade machten kan uitschakelen, dat verbijstert de toehoorders in de synagoge. Misschien doet het bij ons de vraag rijzen: 'Zijn er ook in mijn leven zaken, waarvan ik helemaal bezeten ben en die mij a.h.w. in een houdgreep gevangen houden?' Ik denk bv. aan de idee fixe dat ik altijd bereikbaar zou moeten zijn en aan het feit dat velen a.h.w. geleefd worden door hun mobieltje en al de mails die ze ontvangen. Als we niet oppassen, verdrinken we in de stortvloed van berichten en informatie die over ons worden uitgegoten. Durven we ook pas op de plaats maken om tot rust te komen, om ons te realiseren waar we mee bezig zijn en te onderscheiden of dat belangrijk is voor ons levensgeluk en dat van anderen? Bij al de tegenstellingen, het onrecht en geweld, waar we vaak geen schuldige voor kunnen aanwijzen, kan het gebeuren dat we moedeloos worden. In het Evangelie van deze dag laat Marcus zien Jezus de macht bezit om kwade machten een halt toe te roepen. Hem mogen wij de wijsheid vragen om verkeerde ontwikkelingen te herkennen en te vermijden. Wat wij op eigen kracht niet kunnen en waarvoor ons vaak de moed ontbreekt, daarin zullen wij slagen met de hulp van de H. Geest die ons geschonken wordt, als wij erom durven bidden, vragen en smeken. Hij bevrijdt ons uit de houdgreep van angst, verkeerde machten en moedeloosheid die ons kunnen verlammen. AMEN.
 
Pastor A.G.M. Franssen
______________________________________________________________
 
Zaterdag 20 januari 2024 (Nijswiller) - 3e zondag door het jaar -  Zondag van het Woord van God
Lezingen: Jona 3, 1-5.10; 1 Korintiërs 7, 29-31; Marcus 1, 14-20.
 
Een van mijn medebroeders bezorgde mij van de week de Nieuwjaarsboodschap van bisschop Franz Josef Overbeck van Essen. Het is een realistische brief, die wijst op meerdere moeilijke perioden in de geschiedenis van het christelijk geloven. Zij laten ons zien, dat we geen angst hoeven te hebben en mogen vertrouwen op Gods aanwezigheid onder ons. Hij constateert echter ook dat steeds minder mensen in God geloven en dat het geloven in God geen vanzelfsprekende zaak is. Hij schrijft dat we dat ook persoonlijk merken in onze eigen families en de omgeving waarin we leven. Er is naar zijn mening sprake van een dramatische omwenteling. Jammer genoeg geeft het ook aanleiding tot bittere discussies en onbarmhartige verwijten over en weer van degenen die zichzelf als rechtgelovig zien en meer liberale christenen. Hij waarschuwt daarvoor, omdat het fundamenteel in strijd is met de waarden van het Evangelie. We moeten een kerk zijn, die mensen-in-hun-verschillend-zijn respecteert; een kerk die voor tegemoetkoming en verzoening zorgt, voor vrijheid, vrede en gerechtigheid, want dat is de inhoud van het Evangelie. We moeten ons voorbereiden op wat op ons afkomt. Ik meen dat ik we het al eerder over de afname van het Godsgeloof hebben gehad. De Belgische kardinaal Jozef de Kesel heeft er een publicatie aan gewijd 'God en geloof in een seculiere samenleving'. Ook hij constateert dat de tijd van het zogenoemde cultuur-christendom voorbij is, waarin de kerk, zeker in katholieke landen en streken een dominante positie had, niet alleen godsdienstig - overal parochies en kerken -, maar ook maatschappelijk via verenigingen van katholieke werkgevers, katholieke sportverenigingen enz. Paus Franciscus zei in 2015 dat we niet zozeer leven in een tijdperk van verandering, maar eerder nog van een verandering van tijdperk. We kunnen over deze afkalving van de vroegere manier van gelovig zijn en kerk zijn treuren, maar we kunnen ons ook afvragen: welke uitdaging deze trend van Godverlatenheid in houdt? En, zijn  er ook kansen? Mij dunkt dat onze huidige tijd met al zijn problemen, zijn tegenstellingen en conflicten, zijn armoede, zijn ongelijkheid, achterstelling en uitbuiting, zijn aantasting van de schepping best behoefte heeft aan een Goede Tijding (Evangelie), die ons van Godswege wordt aangereikt. Weliswaar klinkt daarbij ook de oproep tot een zich keren tot de waarden van het evangelie als gerechtigheid liefde en vrede.  Het evangelie pleit voor mededogen, ontferming vergeving en verzoening; waarden, die de mens en zijn leven dragen. Het Evangelie pleit zelfs voor de liefde voor de vijand. Die blijkt echter op het ogenblik wel heel ver zoek te zijn.  
 
We gaan kijken of we inspiratie vinden in de lezingen van vandaag. De profeet Jona, aanvankelijk op de vlucht voor zijn roeping het heidense Nineve tot bekering te brengen, gaat uiteindelijk toch en bemerkt hoe zijn oproep weerklank vindt. Het heidense Nineve wordt zich bewust van zijn eigen tekorten, die leven en welzijn aantasten en bekeert zich tot God en tot dienst aan elkaar. Dat is interessant, dat ook het zogenaamd 'heidense' volk ontvankelijk is voor Gods oproep door de mond van de profeet.
 
In het Evangelie roept Jezus aan de oever van het meer van Galilea zo maar mensen uit die bezig zijn met hun visnetten uit om vissers van mensen te worden. Jezus' uitnodiging werkt. Klaarblijkelijk opende Jezus met zijn uitnodiging voor hen een nieuw perspectief. Andreas en Petrus, Jacobus en Johannes volgen Jezus om mensenvissers te worden, d.w.z. medemensen samen te brengen in de gemeenschap van geloof, hoop en liefde van Jezus, die in staat is kwaad en dood te overwinnen en daar leven voor in de plaats te stellen. Er volgt een traject van die jaar van vorming en van vallen en opstaan. (Denk aan hoe ze de gevangengenomen Jezus in de steek gelaten hebben). Maar uiteindelijk geven ze leiding aan geloofsgemeenschappen, die in hun levenspraktijk Jezus en zijn manier van leven willen volgen. Nu we leven in een verandering van tijdperk kunnen we ons de vraag stellen naar de kwaliteit van ons christenzijn. Zijn in onze manier van doen geloof, hoop en liefde in ons geworteld en zichtbaar voor de mensen te midden van wie we leven? De laatste jaren hebben wij, mensen van nu onze kwetsbaarheid en onzekerheid, ons verlangen naar geborgenheid en veiligheid ervaren. Als gelovige mensen zijn we uitgenodigd licht te brengen in onze tijd. Amen
 
Emeritus pastoor Reijnen.
_________________________________________________________                  
 
Zaterdag 13 januari 2024 - 2e zondag door het jaar
Lezingen uit 1 Sam. 3,3b-10.19 en Joh. 1,35-42
 
GEBOEID DOOR HET LAM VAN GOD
 
U hebt het misschien wel eens meegemaakt dat je een boek of artikel leest dat je zozeer aanspreekt dat je van de auteur meer wilt weten.  Zo kan het ook gebeuren dat je iemand tegenkomt die je zo weet te boeien, dat je hem/haar nader wilt leren kennen. Iets in die trant moet Andreas en Johannes overkomen zijn in het contact met Jezus.  Johannes de Doper heeft hen op Hem gewezen. Zelf was ik eerst verbaasd over dit verhaal, maar later dacht ik: je zult als jongeman maar dagelijks bezig zijn met vissen en netten repareren. Als er dan iemand op het toneel verschijnt van wie zulke bijzondere dingen worden verteld, dan is het niet vreemd dat je nieuwsgierigheid wordt geprikkeld en dat je die mens nader wilt leren kennen. Die twee leerlingen van de Doper zijn zo onder de indruk van wat hij over Jezus vertelt, dat ze Hem achterna gaan en meer over Hem willen weten. Als Jezus hun nieuwsgierigheid merkt, nodigt Hij hen uit om te komen kijken waar Hij woont. Je zou kunnen zeggen: Jezus houdt open huis.  Omdat het al laat in de namiddag is, blijven ze die avond en nacht bij Hem. Wat ze in die ontmoeting besproken hebben, vertelt de apostel Johannes niet, maar de Doper die hen op Jezus attent heeft gemaakt noemt Hem 'het Lam van God'. Wat moet je je daarbij voorstellen?  Ze weten wat een lam is, zo'n zachtaardig dier waarvoor niemand bang is. De Joden slachten ieder jaar een lam om de bevrijding uit de slavernij in Egypte te vieren. Maar 'Lam van God': wat moet je je daarbij voorstellen? Als Jezus een mens is, bescheiden en zachtaardig als een lam, dan hoef je voor Hem niet bang te zijn, maar voel je in zijn nabijheid veiligheid en vrede. Dat is heel iets anders dan de onvrede waarmee wij vaak worden geconfronteerd. Wat die twee bij  Jezus horen en zien vertelt het Evangelie niet, wel mogen we aannemen dat ze zich bij Hem op hun gemak hebben gevoeld en iets hebben geproefd van zijn aandacht en bescheidenheid, zijn eerbied en vrede. Het heeft Andreas en Johannes zo enthousiast gemaakt dat ze hun ervaringen willen doorgeven. Zo brengt Andreas ook zijn broer Simon Petrus bij Jezus. In het vervolg van de Evangelies wordt de Geest en de levenshouding van Jezus verder voor ons uitgetekend. Wij ontdekken hoe Hij omgaat met mensen van allerlei slag: zieken en mensen met een handicap, armen en vreemdelingen, zondaars en mensen die niet in het gelid lopen van de Joodse Wet. Hij is er niet op uit om mensen af te wijzen en te veroordelen; integendeel Hij toont bewogenheid, begrip en medeleven. Hij helpt mensen terug te keren in de gemeenschap die hen vaak heeft uitgestoten en afgewezen. Is dat ook niet het verlangen dat er diep leeft in het hart van ieder van ons? Mensen bv. die meelopen in een stille tocht zijn niet uit op wraak en vergelding, maar laten zien: op deze manier mogen wij niet met elkaar omgaan.
 
Als wij zoeken naar plaatsen waar Jezus zich ophoudt, dan brengt Hij ons ook bij mensen en op plekken, die wij liever zouden mijden. Hij brengt zijn woord in herinnering: 'Niet de gezonden hebben een dokter nodig, maar de zieken'. M.a.w. Hij brengt ons bij mensen die ons - om een of andere reden - nodig hebben. Wie het Lam van God wil volgen, begrijpt dat het niet onze opdracht is mensen bang te maken of te beschuldigen, maar een helpende hand toe te steken, te delen met wie tekort komt. In elke ontmoeting waarin eerbied en respect de voertaal zijn, neemt 'het Lam van God de zondenlast' van ons weg. D.w.z. onze eigen fouten en de neiging om te oordelen, onze kortzichtigheid en alles wat ons belemmert om de naaste te zien zoals hij werkelijk is. Als wij elkaar benaderen met de onbevangenheid en weerloosheid van een lam, dan vallen die belemmeringen weg. Wij mensen vergeten makkelijk, vooral de dingen die ons moeilijk voorkomen - maar God blijft ons roepen, net als bij Samuel. Als wij ons niet doof houden, dan komt - vroeg of laat - het moment dat we durven geloven en vertrouwen dat de wapens van het Lam Gods, eerbied en zachtmoedigheid, mededogen en geduld sterker zijn dan alle geweld en dwang.
 
Wij worden uitgenodigd intussen te blijven bidden: 'Lam van God', neem van ons weg de angst en het wantrouwen die ons zo vaak parten spelen. Wees ons arme zondaars genadig. AMEN.
 
Pastor A.G.M. Franssen
 
NIEUWJAAR 2024
 
Als wij  iets nieuws beginnen: een andere baan, andere woning betrekken, een nieuwe relatie, een nieuwe vakantiebestemming of net een ernstige operatie of ziekte achter de rug hebben, dan is dat altijd spannend. Het maakt ons onzeker, want we weten niet hoe dat zal uitpakken en voor welke verrassingen we komen te staan.            
 
Zo voelt het ook vandaag een beetje, nu wij een nieuw jaar zijn binnengegaan. Nieuwjaar is een dag om even pas op de plaats te maken. Zakenlui maken de balans op. Media geven een jaaroverzicht. Zelf staan we stil bij gebeurtenissen die voor ons belangrijk zijn geweest. Misschien hebben we dierbare mensen verloren. We denken aan de aardbevingen in Turkije, Syrië en Marokko. We denken aan de oorlog in Oekraïne en Rusland, Israël en Gaza. Kortom: gebeurtenissen die we niet zomaar naast ons neerleggen. We denken ook aan wat ons deugd heeft gedaan en blij heeft gemaakt. Met alles wat we hebben meegemaakt: het positieve dat we hebben ervaren en met wat ons pijn heeft gedaan, vertrouwen wij ons aan God toe. Wij danken voor de vreugdevolle dingen en wij vragen kracht voor wat moeilijk te dragen is. 
 
Vorige week hebben wij Kerstmis gevierd: het feest van Jezus' geboorte: een Geheim dat te groot is voor ons  mensenverstand: in zijn liefde en zorg voor ons heeft God ons zijn veelgeliefde Zoon geschonken. Hij is te midden van de mensen komen wonen om onze Gids en Leidsman te zijn en ons te bevrijden van angst en onvrede en van alles wat mensen beschadigt. Hij neemt ons geen werk uit handen. De zorg voor zijn schepping heeft Hij aan ons toevertrouwd en Jezus is ons daarin voorgegaan. Hij heeft ons duidelijk gemaakt dat God een relatie met ons wil, een band die dieper gaat dan ons verlangen naar familie en vrienden. Hij wil dat wij Hem betrekken bij wat wij meemaken en bij de opgaven waarvoor het leven ons stelt. Hij wil ons leven delen als onze trouwste vriend. Als wij openstaan voor zo'n relatie dan vraagt dat aandacht en tijd, zoals we die ook besteden aan familie en vrienden.
        
In het Evangelie van deze dag vertelt Lucas dat Maria en Jozef verbaasd zijn over het verhaal van de herders. Maria bewaart die woorden in haar hart en blijft er over nadenken. Bij de aankondiging dat ze moeder zou worden heeft ze  - ondanks al haar vragen - tegen de engel gezegd dat ze God de vrije hand zou geven in haar leven. God is heus niet verwonderd als wij met de nodige aarzelingen en gevoelens van onzekerheid aan dit nieuwe jaar beginnen, maar de boodschap van de engel aan de herders is ook voor ons bedoeld: 'Wees niet bang, want er is voor jullie een Redder geboren, de Messias, de Gezalfde van God. Hij zal je helpen en steunen bij alles wat er op je toekomt. Hij zal moeilijkheden niet als sneeuw voor de zon doen verdwijnen, maar Hij zal er voor je zijn en je terzijde staan met zijn Woord en tekens, als je je voor Hem openstelt. Met deze boodschap en belofte worden wij op pad gestuurd in dit nieuwe jaar. Wij die ons terecht zorgen maken over de oorlogen en het geweld in onze wereld,  de verdeeldheid en tegenstellingen die wij waarnemen, de  milieuproblemen en andere zaken die de bestaanszekerheid van mensen bedreigen. Toch zingen die engelen bij Jezus' geboorte van 'vrede op aarde voor alle mensen die God liefheeft'. Dat lied is geen zoethouder voor goedgelovige en onnozele mensen, maar een opgave en nieuwe kans voor alle mensen van goede wil. Laten we erom bidden met de woorden van pater Marcel Weermaes CssR:
 
'Menslievende God, wij vertrouwen aan U toe het nieuwe jaar dat begonnen is en al de jaren die - als het U belieft - ons nog gegeven mogen zijn. Zegen alles wat wij doen, onze vreugdes en onze zorgen. En maak ons attent op wat goed is voor de zwaksten, opdat het ook voor hen een gezegend jaar moge zijn. Zegen onze genegenheid voor elkaar, en verdiep onze mildheid en ons begrip voor wie falen net als wij. Wees Gij de God die ons hoedt alle dagen van dit nieuwe jaar.'
 
Amen. ZALIG NIEUWJAAR.
 
Pastor A.G.M. Franssen
_________________________________________________________
 
Zaterdag 30 december 2023 (Nijswiller) - H. Familie, Jezus, Maria, Jozef
Lezingen: Jezus Sirach 3, 3-7.14-17a; Lucas 2, 22-40 of 2, 22+39-40.                                         
 
We vieren vandaag de H. Familie: Maria en Jozef en het kind Jezus, het gezin dat zij vormden sinds de geboorte van Jezus in Bethlehem, met al de opgaven die bij ieder gezin passen: onderlinge trouw, het dragen van verantwoordelijkheid voor elkaar, het elkaar ruimte bieden en tegelijk houvast; en de noodzakelijke van sturing bij de opvoeding. De accenten en gezagsverhoudingen kunnen daarbij verschillen. Het maakt nogal wat uit in welke tijd,  omstandigheden, cultuur en godsdienst een gezin leeft. Jezus werd geboren en groeide op in een Joodse cultuur, die bepaald werd door de Wet van Mozes, de Profeten, de Wijsheids-geschriften en het geloof in de ene God. Officieel geldt dat nog steeds. Maar zich ernaar gedragen is een ander verhaal. Jezus vierde met zijn ouders de Joodse feesten, werd in de tempel aan God toegewijd, pelgrimeerde met zijn leerlingen naar de tempel in Jeruzalem op feestdagen, bezocht plaatselijke synagogen, discussieerde er met groeperingen en overheden, want onderlinge meningen verschilden, ook in die tijd. Regelmatig worden ons daarover verhalen verteld in de lezingen met name uit de 4 Evangelies. Jezus groeide dus op in een Joodse omgeving, maar vertolkte daarbij zijn eigen mening. Tegenover de wildgroei een voorschriften zette Hij de kern van de Joodse geschriften 'de liefde voor God en medemens' in het middelpunt.
 
De cultuur, de opvattingen, godsdienst, gebruiken waarin men in gezinnen opgroeit maken dus nogal wat uit wat betreft ieders opvattingen en de manier waarop men leeft. Honderd jaar geleden dacht en leefde men bij ons in grote gezinnen anders dan nu; leerden oudere kinderen vaak aan de kleintjes hoe ze zich te gedragen hadden. Of men in gezinnen leeft met of zonder God, maakt wat uit. Maar ook maakt wat uit of men in een Joods, Christelijk- of Moslimgezin opgroeit. Maar in welk soort gezin dan ook, altijd is er de noodzaak van het bieden van houvast, van vertrouwen waarop men in staat is de wisselvalligheden van het leven met zijn vreugde en verdriet aan te kunnen. Het vraagt van degenen die deel uitmaken van een gezin: betrokkenheid, aandacht wederzijdse, verantwoordelijkheid, liefde; het daarin bieden van ruimte van leven naast correctie en vergeving van elkaars menselijk tekort. Paus Franciscus heeft er in 2016 een publicatie aan gewijd, die hij de naam meegaf 'De vreugde van de liefde'. De publicatie is het resultaat van twee bijeenkomsten van bisschoppen en deskundigen in 2014 en 2015 over huwelijk en gezin. De paus geeft aan dat 'de dialoog (het gesprek met elkaar in het gezin) een onontbeerlijke manier is om de onderlinge liefde in het gezin tot uitdrukking te brengen en te groeien in het huwelijk- en gezinsleven' (nr 136 blz 82). Ons past groot respect voor de ouders die erin slagen hun kinderen een goede, uitgebalanceerde opvoeding te geven. Dat is momenteel niet eenvoudig. Onze tijd is gecompliceerd en kent veel uitdagingen. Dat klemt te meer voor mensen, gezinnen, kinderen die leven onder de armoedegrens of op een andere manier te kort komen. Het is niet uitzonderlijk dat tegenwoordig beide ouders moeten werken om de hypotheek van hun huizen en vaste lasten te kunnen betalen. Economische wetten/marktwerking/inflatie houden ons  leven in hun greep. Het kan dan moeite kosten aan ouders om voldoende aandacht voor elkaar en voor hun kinderen op te brengen. Het vraagt veel om een juiste balans in de opvoeding te vinden tussen ruimte geven en sturen, voor het aanleren van discipline en voor het verantwoord gebruik van vrijheid. Jezus, Maria en Jozef, leefden hun leven als een roeping van Godswege. Ze vertrouwden zichzelf en elkaar toe aan God, die zij zagen als 'Onze Vader in de hemel' die hen nabij was in vreugde en leed, hun houvast, hun perspectief. Iets voor mensen van nu? Amen.
 
Emeritus pastoor Reijnen.
_________________________________________________________                           
 
KERSTMIS 2023
 
'Wees niet bang, want ik kom jullie goed nieuws brengen! ' zegt de engel tegen de herders. 'Vrees niet!' Hoe vaak horen we in de Bijbel die aansporing niet? We hebben de neiging om tegen die engel te zeggen: 'Er gebeurt in onze wereld en in ons eigen leven zoveel, dat ons vaak de schrik om het hart slaat! U hebt makkelijk praten!' Want ondanks ons geloof en ons Godsvertrouwen worden we bang, als we via het journaal of in andere media geconfronteerd worden met die  oorlogen en het geweld tegen medemensen, met al die onrust en de politieke verdeeldheid, milieuproblemen en misleidende informatie.  De engel uit het Kerstverhaal zegt tegen de herders: 'Vandaag is er in de stad van David uw Redder geboren. Hij is de Messias', de Bevrijder over wie de profeten hebben gesproken en naar wie eeuwenlang is uitgekeken. Jesaja noemt Hem een stralend licht voor het volk dat in duisternis ronddoolt. Hij neemt het juk van jullie schouders. Jesaja typeert Hem als 'wonderbare raadsman, sterke God, eeuwige Vader, Vredevorst.' Kardinaal de Kesel  schrijft: 'De God die wij aanbidden is geen God die zelfvoldaan genoeg heeft aan zichzelf, maar die op zoek is naar ons mensen. Hij hoopt dat er tussen Hem en ons een band ontstaat van respect, bewondering en vertrouwen. Hij wil een relatie met ons die dieper gaat dan ons verlangen naar elkaar als familie en vrienden. Hij wil een relatie waarin lief en leed worden gedeeld. God wil betrokken zijn bij alles wat wij meemaken en wat ons bezig houdt. Hij hoopt dat wij Hem deelgenoot maken, zowel van wat ons blij en dankbaar maakt, alsook van onze angsten, zorgen en verdriet. Wij mensen zijn kostbaar in de ogen van God. Hij heeft van ons gedroomd nog vóór wij geboren werden,  net als a.s. (groot) ouders  dromen van het kind waarop ze wachten. God ziet veel goeds in ons. Het komt er nu op aan dat wij dat zelf ook durven zien. Zelfs als een kind verkeerde wegen gaat, maken ouders zich niet alleen grote zorgen, maar ze blijven ook van hem houden. Wij staan er misschien niet zo bij stil, maar als wij zo'n open relatie met God op prijs stellen, dan kun je  niet volstaan met een kaarsje als je in de penarie zit. Zo'n relatie vraagt regelmatig contact zoals we dat onderhouden met familie en vrienden. Om hen bij ons leven te betrekken, maken we bewust tijd vrij. De Kerstdagen zijn zo'n belangrijk moment om stil te staan, zowel bij elkaar alsook bij de kribbe. Want als we alsmaar doordenderen is de kans groot dat we de plannen die God met ons heeft niet zien en eraan voorbijlopen. Als we het verhaal horen dat Lucas vertelt over Jezus' geboorte, dan is daar geen sprake van tromgeroffel en machtsvertoon. Jezus komt ter wereld in een stal of  grot in het open veld, een schuilplaats voor dieren. Herodes en de inwoners van Jerusalem hebben niet in de gaten wat er die nacht in hun omgeving gebeurt. Het is voor ons verstand ongelooflijk en onbegrijpelijk dat de Schepper van het heelal zijn Zoon laat geboren worden in ons midden als een kwetsbaar kind en zich afhankelijk maakt van onze medewerking. Je zou kunnen zeggen: Zo iets kan alleen God verzinnen!. Een Mysterie waarvoor alle woorden tekort schieten en waarbij we alleen maar kunnen zingen en stil worden. Niet om ons onder te dompelen in allerlei genoegens, maar ons af te vragen: Wat is hier aan de hand? Wat gebeurt hier eigenlijk? Wat wordt er van ons gevraagd om daar op een gepaste manier op te reageren? God grijpt - zover we weten - niet in in de gang van zaken in onze wereld, zoals wij dat misschien hopen. In alle stilte is Hij in de geboorte van Jezus tussen ons komen wonen. Wij wachten misschien op een wonder.
 
Luc Gorrebeek schrijft in een gedicht: 'Ik heb gehoord dat velen van jullie zitten te wachten op een wonder, het wonder dat Ik, God, de wereld zal redden. Maar hoe zal ik redden zonder jullie handen? Hoe zal ik rechtspreken zonder jullie stem? Hoe zal ik liefhebben zonder jullie hart?  Niet jullie, maar ík, Gód, wacht op het wonder'.  Als een kind is God in de persoon van Jezus bij ons komen wonen. Hij gelooft er nl. in dat wij in staat zijn het wonder van zijn liefde zichtbaar te maken. Dat vraagt van ons offers en gebed, maar wij mogen vertrouwen op Gods hulp. ZALIG KERSTMIS !
 
Pastor A.G.M. Franssen
     
Klik hier voor de digitale Willibrordbijbel.
Desgewenst kunt u daarna klikken
op "Willibrordvertaling".
 
    
 
Het boekje " Bidden thuis ".
     Klik op de link en neem er de tijd voor.
     Laat andere dingen voor wat ze zijn,
     laat het stil worden.
     Dit boekje bevat een aantal gebeden
     die men bij gelegenheid kan bidden.
     Het boekje is nog verkrijgbaar via
     het parochiesecretariaat in Eys.
 
DE NIEUWE VERSIE VAN HET
"ONZE VADER":
(schuin en vet gedrukt zijn de veranderingen)
 
Onze Vader die in de hemel zijt;
uw naam worde geheiligd;
uw rijk kome;
uw wil geschiede op aarde zoals in de hemel.
Geef ons heden ons dagelijks brood;
en vergeef ons onze schulden,
zoals ook wij vergeven aan onze schuldenaren;
en breng ons niet in beproeving;
maar verlos ons van het kwade
 
klik hier voor de terugblik op
de overwegingen van
2015 t/m 2023.